15 okt Emst en de hopteelt
Hopteelt en hopeesten
Inhoudsopgave:
Auteur: Evert de Jonge
Inleiding
Als mij niet gevraagd had een onderzoek in te stellen naar de oudste herbergen in Epe zou ik het wellicht niet hebben ontdekt: namelijk dat er voor 1800 veel hop werd geteeld in onze gemeente. Het meest op de Emsterenk. Wie het niet weet; het goedje is belangrijk voor de smaak en de houdbaarheid van bier. Oorspronkelijk werd in het middeleeuwse brouwersproces hoofdzakelijk gruit, een kruidenmengsel, bestaande uit gagel, hars, salie, serpetien, laurier, rozemarijn en koriander, gebruikt. Door het alleenrecht om gruit te verhandelen aan zich te trekken, konden overheden accijns heffen op het brouwen van bier.
Elke brouwer had zijn eigen recept en brouwde een troebel en bitter biertje. In de 14e eeuw werd het gebruik van gruit in rap tempo verdrongen door de toevoeging van hop. Dat zorgde voor een betere houdbaarheid en het gaf ook nog eens een goede smaak aan het bier. Het ‘hoppenbier’ veroverde al snel de markt.
Hop werd gewonnen van de vrouwelijke hopplant, die op bepaalde grondsoorten goed gedijt. Tot heden toe wordt het goedje nog steeds toegevoegd aan de meeste bieren, ofschoon in speciale bierwinkels nog wel eens een bier met gruit als grondstof kan worden gekocht.
In onder andere Peize (Drenthe) en Vlijmen en Schijndel (Noord-Brabant) werd hop tot ver in de twintigste eeuw geteeld. Uit recent archiefonderzoek bleek dus dat het goedje ook op grote schaal op de Emsterenk werd aangeplant. Wanneer startte de hopteelt in onze gemeente? Dat antwoord moet ik schuldig blijven. Wel constateerde ik dat er op de rest van de Veluwe nauwelijks hop werd geteeld. Emst is dan ook met recht het hopdorp van de Veluwe.
Rond 1700 zal ongeveer 5% van de Emsterenk – dus circa 10 hectare – vol hebben gestaan met hopstaken, waarlangs de planten groeiden. In het najaar moesten de hopbellen worden geoogst, wat een lastige aangelegenheid was, want de staken waren vele meters hoog. Mogelijk gebruikte men ladders.
De hop werd geleverd aan de brouwerijen in Epe, Vaassen en omgeving, maar gelet op de hoeveelheid hopvelden moet er sprake zijn geweest van een exportproduct. Het zal dan ook via de Grift of over de zandwegen vervoerd zijn naar de Hattemse en Deventer markten en wellicht van daaruit via de Zuiderzee naar de Hollandse brouwerijen.
Hophandel
Een van de zeldzame archiefstukken over de lokale hophandel: In 1688 daagde Jacob Gerrits Bos zijn plaatsgenoot Lambert Jacobs, wonende in Schaveren, voor de rechter. Jacobs had ‘tien dagen voor de Eperkermis’ bij Bos 15 mud hop besteld, maar toen deze kwam leveren weigerde de koper het af te nemen. De schade voor Bos bedroeg 26 stuivers het mud, wat neerkwam op bijna 20 gulden. De hopteler kreeg zijn gelijk, waarna de schade werd verhaald.
De hopeest
Hopbellen hebben echter een probleem; indien ze vochtig worden verschimmelen ze snel en gaat de oogst verloren. Om dit te voorkomen werd een hopeest gebruikt als bewaarplaats. Een gebouwtje waar voldoende lucht doorstroomde om bederf te voorkomen. Ze waren van steen of van hout met een strooien of rieten dak, voorzien van luchtgaten. In Vlijmen en Nieuwkuijk (gemeente Heusden, N.Br.) zijn twee – stenen – exemplaren bewaard gebleven uit de 19e eeuw, terwijl in Haarsteeg (zelfde gemeente) nog de restanten van een hopeest (18e eeuw) zijn te vinden. Helaas van de zeker 20 hopeesten die in Emst stonden bleef er niet een gespaard. Het meest waarschijnlijke is dat de Emster eesten van hout waren, zodat de afbraak een peulenschil was. Ofschoon de eerste vermelding van 1648 is en de laatste vermelding van 1809 is er noch een tekening noch een schilderij gevonden waarop een Emster hopeest is afgebeeld. We moeten het doen met afbeeldingen van elders.
Herbouw van een hopeest?
Er zijn in heel Nederland twee hele hopeesten bewaard gebleven; gelukkig staan ze op de gemeentelijke monumentenlijst van Heusden. Mijn pogingen om ze te laten ‘promoveren’ naar de rijkslijst hebben tot niets geleid. Ook bleek het Openluchtmuseum geen beleid te hebben nog gebouwen van voor 1945 op te nemen, dus blijft de ruïne in Haarsteeg ongebruikt liggen. Helaas.
Ondertussen beschik ik over enkele tekeningen en foto’s van hopeesten. Het mooiste zou zijn indien in de gemeente Epe – bijvoorbeeld bij Hagedoornsplaatse – een (houten) hopeest zou worden gereconstrueerd. Het zou goed passen bij de boerenplaats, tuin, opstallen en toekomstige bijenstal. (Wie neemt het initiatief?)
En dan de vlag van Emst: daar staat o.a. een hooiberg in. Die mag wat mij betreft vervangen worden door een hopeest!
Sorry, het is niet mogelijk om te reageren.