Vlekkertseveld 9

Vlekkertseveld 9

De Fluite
K 53

Auteur:
Evert de Jonge

Inhoudsopgave:

    Inleiding

    De Fluite

    Het valt op dat boerderijen in Emsterbroek vaker een naam hebben dan die in de buurtschappen ten westen van Emst. De Fluite kan zijn naam ontleend hebben aan een kleine waterplas, aldus Otten. De boerderij lag vlak bij het Fluitenbos, alles in het Vlekkertseveld. Volgens Otten is de boerderij gesloopt, maar dat klopt niet. Dankzij mevr. B. Kloezeman is ook de ligging van deze boerderij bekend.

    Het verhaal start in de 18e eeuw.

    De Fluite
    De Fluite Vlekkertseveld 9

    Deventer patriciërs

    Een van de rijkste Veluwse families, in de periode 1650-1750, was de familie Nuck. Zij leenden geld aan diverse personen, maar investeerden ook in grond. Ook in het schoutambt Epe dook de familie op, onder andere in de buurtschap Tongeren werd land verworven.

    In Emst werd voornamelijk gekocht in het Emsterbroek. Op een van hun aangekochte percelen mocht het echtpaar Jurrien Jans & Jenneken Berents een boerderij bouwen. Blijkbaar kwamen zij in de financiële problemen, want op 5-5-1707 werd hun huis met een hypotheek van 100 gulden belast bij de eigenaren van de grond, de erfgenamen van Hermen Nuck.

    Het echtpaar werd verder niet aangetroffen in de diverse archivalia, zodat niet duidelijk is wat er met de boerderij gebeurde. Mogelijk is dat de men de boerderij later verkocht aan de grondeigenaren.

    Een behoorlijke tijd later; pas in 1777, wordt de boerderij genoemd in de akten. Bij de verkoop van een hoppenhof met de naam Rensters werd genoteerd, dat het gelegen is tussen de erven Hinkel en De Fluyte. De bezitters waren op dat moment Adam Persoon, schout van Colmschate, &, Anna Susanna ten Brink. Zij behoorden tot het Deventer patriciaat en hadden door erfenis meer land en boerderijen in bezit in het schoutambt Epe.

    In 1781 verkochten zij De Fluyte voor 1180 gulden aan Garrit Jans van den Muggenberg & Geertruid Franssen. Helaas werd in deze akte geen verdere omschrijving van de boerderij gegeven.

    Tot dan waren Gerrit en Geertruid pachters op De Muggenberg in Oene. Zij zouden later in het jaar verhuizen, want in het Heerdstedenregister van 1781 werd Gerrit nog op de Muggenberg aangeslagen voor de belasting op schoorstenen.

    Van de nieuwe eigenaren werd geen trouwinschrijving gevonden. Mogelijk kwam het echtpaar van elders. Zij werd enkele keren als getuige bij de doop van kinderen in de RK-kerk op De Oosterhof, Vaassen genoemd. Het echtpaar had een zoon Frans Gerrits, die zou de pacht op de Muggenberg van vader overnemen.

    Er werd ruim elf jaar geboerd op De Fluyte. Na het overlijden van zijn vrouw zouden Gerrit en zijn kinderen de boerderij in 1792 verkopen aan Gerrit Gerrits van de Eeckte & Aaltje Lamberts. In de akte werd het omschreven als een huis, schuurtje en hof, met ongeveer drie morgen tiendvrij zaailand met het houtgewas, tevens dat het een allodiaal goed was, dat inhield dat er noch tyns noch horige rechten op rusten.

    De nieuwe eigenaren waren in 1796 te Vaassen getrouwd. In de inschrijving werd hij Gaert Gaerts genoemd; blijkbaar woonde hij op De Eekte, dus werd dit toponiem later gebruikt om aan te geven wie hij was. Blijkbaar woonden zie dus niet zelf op De Fluite.

    Van ‘t Knolsaet

    In 1808 werd de boerderij al weer verkocht. Voor 625 gulden wisselde het erf en goed, genaamd De Fuyte, bestaande in een huis en hof met ongeveer drie morgen zaailand van eigenaar. Dat waren buurtgenoten: Aelbert Wolberts, en zijn tweede vrouw Willemina van Laar.

    Nu had Aelbert ook de boerderijen Knolzaad en Koekkoeksnest in eigendom (Weteringdijk 107 en 103), zodat De Fluite wellicht verpacht werd. Hij had vier dochters, die net als hun vader de naam van de boerderij Knolzaad zouden gaan gebruiken als familienaam. Van ’t Knolsaet dus. In het Naamsaannemingregister van Epe bevestigde vader Aalbert, toen 59 jaar oud, de keuze.

     

    Afgewezen huwelijkskandidaat

    Op 1-7-1820 werd bij een onbekende notaris een koopakte gemaakt, waarin de boerderij, nu omschreven als een daghuurdershuisje, met grond, groot 3 roeden, 20 ellen, met 2 bunder bouwland, groot 88 roeden op ’t Hul werd verkocht door Aelbert en zijn vrouw. Het geheel was gelegen als volgt: Noordwaarts Willem Heinen en de erven Van de Vlekkert, Oostwaarts Gerrit Timmer, Zuidwaarts de gemene weg en Westwaarts grond van de Marke van Emst.

    De koper was Willem Buitenhuis. Die had een ‘blauwtje gelopen’. Wat was er aan de hand?

    Op 21-1-1818 gingen op zijn verzoek Jacob van Essen, timmerman, en Jacobus van der Vaart, koopman, beiden wonende te Vaassen, naar de herenboerderij ‘t Hul om daar in gesprek te gaan met de bewoners, C.A. Schutter, gepensioneerd kolonel, & Petronella Everharda Wildrik. De heren vroegen namens Willem of zij hun dochter, Maria Antonia Schutter, wonende op het erf De Vlekkert, oud tussen 21 en 25 jaar, toestemming wilden geven om te trouwen met Willem Buitenhuis, dagloner, eveneens wonende op De Vlekkert. De echtelieden, die de vraag al eerder hadden gekregen, volharden in hun weigering. Zij voorzagen een zeer ‘grevende’ smart. Willem behoorde niet tot hun stand!

    Vijf jaar later zou Willem, 1823, in Epe trouwen met Petertje van de Vlekkert.

     

    De weduwe Stegeman

    Tien jaar later werd De Fluite verkocht aan  Arnoldus Maas & Gerharda van ’t Erve. In deze akte wordt de aankoop uit 1820 gemeld. Maas was een grondeigenaar, we zouden hem nu de titel makelaar geven, want hij kocht en verkocht geregeld in en om Vaassen land en huizen.

    In 1844 werd De Fluite verkocht aan Jan van den Berg & Gerritje Stegeman. Opvallend waren er nu twee namen: ‘daghuurdersplaats De Fluite of de Hekkert, op het Hul, bestaande in huis, tuin, erf etcetera, groot 3,36 bunder’. Waar de naam Hekkert vandaan kwam is niet gevonden.

    Jan overleed in 1852, waarna een opgave van successiebelasting werd ingediend. In totaal was er 6,9 ha. land in bezit, naast de boerderij.

    Nog in 1852 werd de boerderij verhuurd aan Derk Bosman. Uit de akte enkele interessante zaken. Het betrof de verhuur van het huis, de varkensstal, het erf, tuin-, bouw- en weiland, circa 7 bunder op de Vlekkert, uitgesloten werd de kamer aan het huis en een schuurtje en de halve hof die voor de kamer lag, idem een stuk weiland in gebruik bij Albert Weterman, met een daaraan aan de oostzijde gelegen weitje, tezamen groot 1,30 bunder, die verhuurster zelf zou blijven gebruiken.

    Het werd voor 6 jaar verhuurd. Bosman moest de ruiten in de ramen en de stenen in de vloeren onderhouden, kleine lekkages in het dak oplossen. De grote bleven voor rekening van Gerritje die ook de verponding en polderlasten zou betalen. Het hout op de kamp om het huis mocht door huurder als het geschikt was gekapt worden, andere bomen niet.

    De appels, pruimen en kersen bleven voor genot van verhuurster. Zij mocht ook een akkerbouwland thans bemest met aardappelen bepoten, na de oogst zou zij daar rogge zaaien. De huurder zal daar de 4e garve van mogen trekken. Een akker achter het schuurtje, eveneens bemest, zou verhuurster eveneens nog met gerst inzaaien, daarna mocht de huurder het gebruiken.

    Het eventuele tiendrecht was voor de huurder. Bij vertrek mocht Bosman 2/3 inzaaien waarvan verhuurster de 4e garve zou krijgen. Hij mocht bij vertrek geen stro, immen of plaggen meenemen. Dat alles voor een jaarlijkse huur van fl. 131,25. Die diende Bosman achteraf bij de notaris te betalen. Hij stelde daarvoor als borg Berend Zonnenberg en Wicher Bosman.

    Verkoop

    Drie jaar later werd duidelijk, dat geen van de toen nog minderjarige kinderen wilden boeren op De Fluite. Op 4-7-1855 liet Gerritje Stegeman, weduwe van Jan van den Berg, ten huize van Jan Klein Bossenbroek aan de Vaart, koopman en winkelier, mede voor haar zeven minderjarige kinderen het volgende veilen:

    -Een huis, schuurtje en erf, tuin-, bouw- en grasland, groot 1,35 bunder, sectie K, nrs. 51-56, waarop een jaarlijkse tijns ruste van 20 cent. Voor 750 gulden zou Jan Klein Bossenbroek de nieuwe eigenaar worden, maar de koop ging om onbekende redenen niet door.

    Voor Gerritje was dit een tegenslag. Noodgedwongen zette zij met haar kinderen de schouders eronder. In 1858 kwam ze in geldnood. Bij Hendrik Werler werd daarom 800 gulden geleend met De Fluite als onderpand.

    Omstreeks 1870 zou Gerritje alsnog verkopen en vertrok zij naar Apeldoorn, waar zij 1875 overleed.

    Klompenmakers

    In 1870 werd Lammert Brummel Petersz eigenaar, maar hij zou de boerderij al snel doorverkopen. Nu woonden in Emsterbroek meerdere klompenmakers. Ook de nieuwe eigenaar, Berend de Weerd Andriesz, was klompenmaker. Zo rond de aankoop was hij in januari 1869 te Epe in het huwelijk getreden. De akte meldde dat hij een zoon was van Andries de Weerd en Maria Kommer, beide klompenmaker, de bruid Fennetje Visch was een dochter van Hendrik Visch, boswachter, en Grietje Mulder.

    Het echtpaar kreeg meerdere kinderen, reden om in 1874 te verbouwen, waarna een nieuw nummer volgde: K 71.

    In 1897 overleed Fennetje, waarna het eigendom op naam van vader en zijn kinderen kwam te staan. Andries zou haar ruim dertig jaar overleven. Hij stief in 1928 in Emst, mogelijk op de boerderij. Hij had de sloop in 1913 nog meegemaakt. Er werd toen naast het oude pand nieuwbouw gepleegd dat nummer K 1303 kreeg.

    Deze nieuwe boerderij werd circa 1921 verkocht aan Gerrit Sarris Wolf & Willemina Johanna Keizer. Hij kwam uit Oene, waar zijn vader Derk, koopman was. Toen Gerrit in 1904 trouwde was hij al landbouwer. Zijn vrouw, ook afkomstig uit Oene, was een dochter van Lambert Jan Keizer, ook koopman, en Geesje Oosterbroek.

    In 1923 volgde nog een verbouwing. Volgens het kadaster stond alles later op naam van Gerrit Saris (3/5) en Gerrit Willem Wolf (2/5). De laatste zal een zoon zijn geweest.

    Bronnen

    HGA:
    RAV, invnr. 910, fol. 22vso, idem 917, fol. 193vso, idem 918, fol. 220 en 921, fol. 110.
    Memories van Successie, kantoor Apeldoorn, invnr. 67, nummer 78.
    SAEHH:
    Notarieel archief, invnr. 718, akte 56, idem 1408, akte 604, idem 2507, akte 2940, idem 4502, akte 1849, idem 4509, akten 3426 en 3439.
     
     

    Boerderijen en woonhuizen – Vlekkertseveld

    Geen reactie's

    Sorry, het is niet mogelijk om te reageren.