Wanneer deze boerderij is gebouwd, is niet zeker. De oudste bekende bewoners waren het echtpaar Jacob Cornelis Timmerman & Hendrikje Aarts. Zij woonden er al in 1710, want toen werd Jacob als aangrenzende buurman genoemd bij een transactie. Hij overleed voor 1736. Hendrikje leefde langer, maar overleed eveneens voor 1736.
Vier van hun kinderen leefden toen nog. Drie van hen, Janna Jacobs, Grietje Jacobs, & Melis van Geldenberg, wonende te Amersfoort en Dirkje Jacobs & Jan Ebing, verkochten hun deel van de erfenis aan hun broer en schoonzuster Cornelis Jacobs Timmerman & Rijckjen Rijks (van Essen), die al een deel in hun bezit hadden. Op hun beurt verkochten de laatsten aan hun zuster een deel van een andere woning.
Cornelis en zijn vrouw werden nu alleen eigenaren van de boerderij, die omschreven werd als een huis met een hof, waarop dus ook een hopeest stond. Het geheel lag aan Lobrink, met als buren: O: Berent Herms, W: Jan Teunis, Z: een gemeenschappelijke weg en N: de weduwe van Jan Egberts metselaar.
Het is aannemelijk dat Cornelis & Rijckjen al vanaf hun huwelijk – dat gesloten zal zijn kort voor 1730 (hiaat trouwboek) – in de boerderij woonden. Zij kregen zes kinderen, waaronder Richert, die in 1743 werd gedoopt in de kerk van Epe. Nog in 1749 woonden Cornelis & Rijckjen in de boerderij. Cornelis overleed in 1783.
Nog voor 1781 werd de al genoemde zoon Richert de nieuwe eigenaar. Hij nam de naam van zijn moeder aan: Van Essen. Deze familienaam, afkomstig uit Gortel, werd ook via vrouwelijke lijnen doorgegeven. Hierdoor ontstonden in Epe meerdere families Van Essen.
Sorry, het is niet mogelijk om te reageren.